In het dagelijks leven gaat u allerlei schulden aan. Schulden die zien op een geldbedrag, worden geldvorderingen genoemd. Denkt u hierbij bijvoorbeeld aan een telefoonabonnement of hypotheek. Ook als u een product koopt met betaling in termijnen of een schadevergoeding moet betalen, is er sprake van een geldvordering. De andere partij (de schuldeiser) heeft dan dus recht op een geldbedrag dat u (de schuldenaar) moet betalen. Soms kan het voorkomen dat u wordt benaderd voor een schuld die u een lange tijd geleden bent aangegaan. In sommige gevallen hoeft u deze schulden niet meer te betalen vanwege verjaring. In dit artikel leest u daarover meer.

De verjaring

Indien u een geldbedrag bent verschuldigd, geldt er volgens de wet vaak een verjaringstermijn van vijf jaar. De termijn van vijf jaar geldt in ieder geval voor periodieke betalingen zoals huur en loon. Let wel, voor consumentenkoop en energierekeningen geldt een kortere verjaringstermijn, namelijk slechts twee jaar. In sommige situaties is er sprake van een (veel) langere verjaringstermijn, namelijk indien een rechter uitspraak heeft gedaan. Zo’n uitspraak wordt een vonnis genoemd. De geldvordering in een vonnis verjaart pas na twintig jaar. Nadat genoemde termijnen zijn verstreken is de geldvordering in principe verjaard. Dit houdt in dat u na het verstrijken van de geldende termijn in beginsel niet langer verplicht bent om uw schuld te betalen. 

Na verjaring toch (gedeeltelijk) betaald?

Mocht u (een gedeelte van) de schuld na de verjaringstermijn - bijvoorbeeld omdat u hier niet van op de hoogte was - betaald hebben, dan kunt u dit bedrag niet terugkrijgen. Verjaring houdt enkel in dat uw schuldeiser u niet langer kan verplichten de schuld te betalen. De betaling die u reeds heeft gedaan mag de schuldeiser houden, omdat u daarmee een gedeelte van de nog steeds bestaande schuld heeft afgelost.  

De stuiting van de verjaring

Er zijn echter ook situaties waarin een termijn van bijvoorbeeld vijf jaar al is verlopen, maar u toch nog kan worden verplicht om uw schuld te betalen. In de wet wordt dit ook wel de stuiting van de verjaring genoemd. Indien een verjaringstermijn wordt gestuit, gaat de termijn opnieuw lopen. Stel dat u bijvoorbeeld in 2019 een schuld bent aangegaan. Normaal gesproken kunt u dan tot 2024 verplicht worden om de schuld te betalen. Echter, indien de vordering in 2021 wordt gestuit, gaat vanaf dan de termijn van vijf jaar opnieuw lopen. U bent dan tot 2026 verplicht om de vordering te betalen en indien stuiting opnieuw plaatsvindt, wederom vijf jaar langer. 

De daad van rechtsvervolging

Wanneer is er dan sprake van deze stuiting? Allereerst kan een vordering worden gestuit doordat er een daad van rechtsvervolging geschiedt. Dit is in de situatie dat uw schuldeiser u dagvaart bij de rechter of een verzoekschrift indient. Stel dat uw schuldeiser u bijvoorbeeld dagvaart vlak voor het einde van de verjaringstermijn. In deze situatie maakt het dan niet uit als het nog een aantal maanden duurt voor de daadwerkelijke zitting plaats kan vinden. 

De schriftelijke aanmaning of mededeling

De meest gebruikte manier van stuiting is door middel van een schriftelijke aanmaning of mededeling. Dit geldt dus ook voor het moeten betalen van een geldbedrag. Uit de brief of mededeling moet volgen dat uw schuldeiser zijn recht op nakoming voorbehoudt. Dit moet een voldoende duidelijke waarschuwing zijn. Hierdoor zal de termijn voor de verjaring opnieuw gaan lopen. Als u dus een brief, e-mail of zelfs whatsapp bericht krijgt waarin u wordt gewaarschuwd dat u nog steeds verplicht bent om te betalen, zal de verjaringstermijn dus opnieuw gaan lopen.

De daad van erkenning

De laatste manier van stuiting is door een daad van erkenning door de schuldenaar. Dit kan doordat u bijvoorbeeld schriftelijk de schuld erkent, maar ook doordat u bijvoorbeeld een betaling voor de schuld doet. Deze manier van stuiting kan meerdere malen worden gedaan. Indien u bijvoorbeeld een gedeelte van een schuld uit 2014 in 2017, 2019 en 2021 heeft betaald, moet worden gekeken of tussen één van deze betalingen een termijn heeft gezeten van langer dan vijf jaar. Indien dit niet het geval is, is de vordering niet verjaard. Indien u twijfelt of uw vordering is verjaard, kunnen wij u daarmee helpen.

De verjaring tijdens een rechtszaak

Het kan voorkomen dat u voor de rechtbank moet verschijnen voor een geldvordering die al is verjaard. In tegenstelling tot wat u mogelijk denkt, zal de rechter een dergelijke vordering niet gelijk afwijzen. De rechter kan de verjaring namelijk niet zelf toepassen. Dit betekent dat u zich tijdens de zitting moet beroepen op het recht van verjaring. Het is dan aan uw schuldeiser om te bewijzen dat hij de verjaring heeft gestuit. Het is verstandig dat u zich tijdens een zitting bij laat staan door een jurist. Wij kunnen u helpen om een jurist te vinden.

Wilt u meer weten?

Bel ons dan op 0900-1966 of gratis met een lidmaatschap. U krijgt dan direct een jurist aan de lijn die kan adviseren over uw persoonlijke situatie.